“Eric Cartman houdt een spreekbeurt die in feite neerkomt op een haatspeech tegen roodharigen met een bleke huid en sproeten, de Gingers (Engelse benaming voor roodharigen). Volgens hem zijn roodharigen dom, lelijk, gemeen, hebben ze geen ziel, en kunnen ze niet tegen daglicht, net als vampiers. Bovendien zouden roodharigen 's nachts kinderen ontvoeren. Wanneer Kyle zegt dat hij rood haar heeft en prima overdag kan rondlopen, zegt Cartman dat er ook zogenaamde 'daywalkers' bestaan: roodharigen die daglicht kunnen verdragen. Ondanks pogingen van Kyle om het tegendeel te bewijzen, blijken de meeste mensen een hekel aan roodharigen te hebben, en leidt Erics haatspeech tot discriminatie en pesterijen tegen roodharigen. Zo mogen roodharigen niet meer in de cafetaria eten en worden ze gepest op de speelplaats.” (bron: Wikipedia)
![]() |
South Park. Een met meerdere Emmy Awards bekroonde Amerikaanse satirische animatieserie |
Sproeten
Ik weet dat er ook mensen zijn die niet meer de kinderlijke vrijmoedigheid hebben maar eigenlijk ook niet weten hoe het zit. Bij deze dus de kinderuitleg voor iedereen: “Nee, dat zijn geen vlekken. Dat zijn sproeten. Ik ben daar niet mee geboren, ik krijg ze door de zon. Jij wordt bruin door de zon, ik ook, maar ik wordt niet overal bruin maar alleen op bepaalde plaatsen, dat komt door de ongelijke verdeling van pigment.” De meeste kinderen zijn voor ik klaar ben met mijn uitleg allang weer afgehaakt, maar ik ben blij dat jullie al tot hier hebben doorgelezen. Dan kunnen er namelijk ook nog wel een aantal leuke feitjes bij: sproeten zijn één van de zeven schoonheden, de hoeveelheid sproeten die je kan krijgen is genetisch vastgesteld en sproeten kennen een symmetrische verdeling. Mijn linkerarm zou dus net zoveel sproeten moeten tellen als mijn rechterarm. (Als iemand wil komen tellen, reserveer zo’n 24 uur. Wees welkom.)
Mijn haar is dikker dan dat van andere mensen. In Europa is ongeveer 4% van de bevolking roodharig. Op wereldniveau is dat minder dan 1%. Mijn kapper vertelde me vroeger altijd dat mijn haar kastanjebruin was, hier heb ik jaren heilig in geloofd. Dit kan ze hebben gedaan om me te willen beschermen of ze snapte het gewoon niet helemaal. Maar op een dag keek ik eens goed in de spiegel en zag ik toch echt dat mijn haar rood was. Hartstikke rood. Het was een schok, maar ik ben er overheen gekomen.
Is je haar ongesteld?
“Ben je vroeger weleens met je haar gepest?” Dat is ook een vraag die me regelmatig wordt gesteld. Nee, gelukkig niet. Waarschijnlijk was iedereen zo druk met het verwerken van de vele woorden die ik spreek en het selecteren van de enigszins zinnige gedeeltes in mijn woordenwaterval dat daar niet eens de mogelijkheid toe is geweest. Daarnaast is het ook helemaal niet leuk om mij te pesten, ik heb toch geen ziel. Er zijn wel originele grappen waarvan ik het genoegen had ze te mogen aanhoren: “Heb je onder een parasol met gaatjes gezeten?”, “Is je haar ongesteld?”, ja, dat zijn toch mooie dingen die ik kan waarderen.
Nog een paar interessante feitjes dan. Ik ben op de basisschool een keer plat om mijn smoel gevallen tijdens voetbal op het schoolplein. Ik schaafde met mijn gezicht langs een bakstenen muur. Dit had een soort ‘kaasschaaf-effect’ waardoor mijn rechterwang lichtelijk ontveld was. Ik betreur het overigens tot op de dag van vandaag dat daar nooit goede foto’s van zijn gemaakt. Het bovenste laagje van mijn huid en daarmee dus ook mijn sproeten waren verdwenen. Het heeft toen wel zo’n twee jaar geduurd tot mijn sproeten weer terug waren, dat moet er leuk hebben uitgezien.
Daarnaast ben ik inderdaad iemand die zich elke tien minuten met zonnebrand factor 50 moet insmeren en dan nog in de schaduw moet zitten. En ja, volgens mij word ik wel grijs.
Tot slot. Ik ben blij met mijn gingerbestaan. Ik ben gemakkelijk te herkennen en ik kan een blog over mezelf schrijven met leuke feitjes. Oké, dat was het. Hier nog een mooi plaatje van een aziatische ginger.
![]() |
Het bestaat: Aziatische Ginger |